Het studentenleven van Aafke Engwerda
Waarom ben je in Groningen gaan studeren?
Ik ben in 2013 begonnen met studeren en ik heb gekozen voor de geneeskundestudie in Groningen omdat ik niet cum laude ben geslaagden er in Groningen voor het eerst honderd procent decentrale selectie was. Ik kom zelf uit Oranjedorp, een plaats dicht bij Emmen en veel vrienden van mij gingen ook naar Groningen. Ik wilde eerst eigenlijk juist ergens ver van huis gaan studeren, maar de kansen waren dus het grootste in Groningen. Uiteindelijk is het ook zeker een goede keuze geweest en heb ik er geen spijt van gehad.
Ik welke buurt woon/woonde je in Groningen?
Ik woonde eerst op kamers in de Oosterpoort met één huisgenoot. In 2016 ben ik verhuisd naar Europapark. Toen ik daar kwam wonen was het daar erg fijn omdat ik in een studio woon in een heel nieuw gebouw en alles voor mezelf heb.
Ben je lid van een (studenten)vereniging?
Ik ben uiteraard lid van Panacea. Daarnaast ben ik ook lid geweest van allerlei verenigingen. Zo heb ik een jaar gebasketbald en op dit moment zit ik bij de studententoneelvereniging. Tijdens corona ging dit deels online door, bijvoorbeeld het onderdeel improvisatie. Het is alleen wel veel intensiever. Zeker als ik de hele dag achter mijn bureau had gezeten voor onderzoek was ik liever gewoon fysiek bezig. Gelukkig vindt het nu allemaal weer in het echt plaats.
Wat vind je verder leuk om te doen in je vrije tijd?
Ik ben aan het hardlopen, dat vind ik erg leuk om te doen. Daarnaast vind ik het leuk om in de weekenden wat te gaan ondernemen om even goed los te komen van al het werk doordeweeks. Met name onderzoek gaat eigenlijk altijd door. Ik ben inmiddels twee keer op zeilkamp geweest en ik vind het ook heerlijk om echt een dag op het water te zijn. Ik wil dit dan ook weer meer gaan doen nu het mooier weer wordt. Het is soms alleen wel lastig om alles te combineren wat ik leuk vind en ik kom dan ook niet overal aan toe.
Wat is je favoriete plek in Groningen?
Het UMCG natuurlijk! Nee, Het Concerthuis vind ik altijd erg leuk omdat je daar ook spelletjes kan doen en er een gezellige sfeer heerst.
Welk college had je tijdens de bachelor niet willen missen?
Als ik goed nadenk herinner ik me prof. dr. Kroese, de immunoloog. Hij gaf leuke colleges en die zijn me wel bijgebleven. Echter is dat wel een lastige vraag aangezien ik alleen de eerste twee tot drie maanden echt college heb gevolgd en daarna eigenlijk niet meer. Ik merkte namelijk heel snel dat college niet zo mijn ding was. In het begin was ik wel de brave student, maar ik kwam er al snel achter dat het niet bij mijn leerstijl paste omdat ik snel afhaakte tijdens de colleges en het dan niet volgde.
Hoe is de bachelor verder verlopen?
Omdat ik geen college meer volgde had ik erg veel tijd over. Een tweede studie naast geneeskunde leek me wat te fanatiek, maar heb er toen voor gekozen om een minor ondernemerschap te gaan volgen aan de faculteit Economie en Bedrijfskunde. Wat ik vooral interessant vond, was het vak marketing. Als je je daar meer in verdiept ga je die technieken overal beter zien en toepassen. Dit kwam ook van pas in de kliniek door meer stil te staan op welke manier je iemand kan motiveren. Daarna ben ik begonnen met Junior Scientific Masterclass (JSM) omdat ik dus wat tijd over had eb ook al interesse heb gehad in het doen van onderzoek. Genetica en vooral chromosoomveranderingen vond ik daarnaast erg interessant, eigenlijk al vanaf de middelbare school toen ik erachter kwam dat er meer bestond dan alleen het syndroom van Down. Na het volgen van een college van ptof. dr. Conny Ravenswaaij, mijn promotor, heb ik besloten om een dag mee te lopen. Dit vond ik enorm interessant en nadien heb ik gespeeddatet met haar promovendi en besloten onderzoek te gaan doen bij het UMCG op het gebied van chromosoom 6 veranderingen. Dit is namelijk een expertisecentrum voor chromosoomaandoeningen. Uiteindelijk ben ik zo bij mijn MD/PhD project terechtgekomen.
Hoe ziet een MD/PhD eruit?
Bij een MD/PhD combineer je het behalen van een PhD met het behalen van je masterdiploma geneeskunde. De meeste mensen volgen eerst hun wetenschappelijke stage om daarna een artikel te kunnen schrijven. Voor de aanvraag van de MD/PhD heb je namelijk één publicatie nodig waarbij je eerste auteur bent. Daarna schrijf je de aanvraag en begin je aan het eerste masterjaar. Als je aanvraag wordt gehonoreerd kun je na het eerste jaar coschappen een jaar onderzoek doen en na het tweede jaar coschappen volgt nog een jaar onderzoek. Er is wel wat ruimte om hierin te schuiven, maar in principe is het idee dat je niet langer dan een jaar uit de kliniek bent.
Wat houdt het onderzoek wat je doet precies in?
Ik onderzoek extreem zeldzame veranderingen op chromosoom zes veranderingen. Deze verschillende structurele veranderingen op het chromosoom leiden tot verschillende aangeboren problemen bij kinderen. We kijken naar gebieden van overlap van de structurele veranderingen en welk fenotype daarbij hoort. Op deze manier proberen we in kaart te brengen welk stukje van chromosoom zes verantwoordelijk is voor welke problemen. Het doel is uiteindelijk om op basis van een bepaalde genetische uitslag bij een kind dat geboren wordt te kunnen zeggen dat we bijvoorbeeld verwachten dat er een grote kans is op een hartafwijking en het dus verstandig is om een echo van het hart te maken voordat er daadwerkelijk symptomen ontstaan.
Wat bijzonder is aan dit onderzoek is dat we het samen met ouders doen en dat we gebruik maken van social media. Wat namelijk vaak het probleem is bij zeldzame ziekten is dat dokters niet zo snel databases invullen omdat het veel tijd kost en de meerwaarde beperkt blijft als ze de ziekte bijvoorbeeld maar één keer in hun loopbaan zien. De ouders zijn wel erg gemotiveerd en verenigen zich in besloten groepen op Facebook. Eén van die ouders is voordat dit onderzoek begon ook naar mijn promotor gegaan met de vraag of we onderzoek konden doen naar hen en zo is het balletje gaan rollen. Wij verzamelen onze data nu via online vragenlijsten die we verspreiden in de Facebookgroep en via onze website. Wereldwijd doen er nu ongeveer 250 (ouders van) patiënten mee. Een groot deel van het onderzoek draait op crowdfunding van ouders omdat het erg lastig is om subsidie te krijgen voor deze groep zeldzame aandoeningen.
Naast het onderzoek volgde je dus ook de master, wat vond je het leukste aan de coschappen?
Ik vond het samenzijn met de co’s erg leuk. Met name in de ochtend als iedereen vroeg aanwezig was in mijn tweede masterjaar in Emmen gaf dat echt een gevoel van saamhorigheid. We zetten dan bijvoorbeeld nog muziek op in de co-kamer en dat was altijd erg gezellig en een leuke start van de dag. Daarnaast vond ik het leuke aan de coschappen dat je steeds meer zelfstandig kon doen. Met name als je de enige coassistent was, voelde je je toch sneller onderdeel van het team en had ik het gevoel echt iets bij te dragen in plaats van alleen maar mee te kijken.
Wat is je grootste blooper geweest tijdens de coschappen?
Ik kan me niet echt grote bloopers herinneren. Tijdens een indicatiebespreking in het UMCG dacht ik dat ik de patiënt goed had voorbereid, maar de specialisten keken me daarna aan alsof ik iets heel raars had gezegd. Op dat soort momenten kon ik wel door de grond zakken, maar ik heb ook geleerd om er niet te lang bij stil te blijven staan.
Wat wil je later worden en waarom?
Ik weet het nog niet helemaal. Ik weet in ieder geval wel dat ik geen internist wil worden en ook geen huisarts. Natuurlijk staat klinisch geneticus nog op mijn lijstje. Daarnaast zijn er binnen de sociale geneeskunde nog een aantal dingen die ik interessant vind zoals jeugdarts. Tot slot zou ik later graag iets willen doen waarmee ik onderzoek kan combineren.
Waar zie je jezelf over 10 jaar?
Ik weet niet of ik nog in het Noorden woon. Ik heb niet per se de drang om hier weg te gaan, maar een keer wat anders is ook wel leuk omdat ik tot nu toe eigenlijk alles in het Noorden heb gedaan. Het buitenland zou ook nog een optie zijn. Het zou erg leuk zijn om een partner en kinderen te hebben en ik denk dat ik minimaal vier dagen in de week zou willen blijven werken. Daarnaast zou ik het ook leuk vinden om voor de ontspanning totaal wat anders te blijven doen zoals toneelspelen op amateurniveau.
Wat kan Antonius Deusing nog voor jou betekenen?
Ik ontvang de nieuwsbrief en daardoor blijf ik op de hoogte van de activiteiten. Er is op dit moment niks concreets wat jullie nog meer voor mij kunnen betekenen, ik zou zeggen dat jullie vooral zo moeten doorgaan.
Ten tijde van dit interview was Aafke nog student. Inmiddels werkt zij als ANIOS klinische genetica in het UMCG.